15 Vragen en antwoorden van de ziektekostenverzekering

1. Vraag: Wat is de basisverzekering in het Nederlandse zorgstelsel?
A. Een optionele verzekering voor extra zorg.
B. De verplichte verzekering die iedereen moet hebben.
C. Een verzekering alleen voor ouderen.
D. Een verzekering voor alleen ziekenhuiszorg.
Antwoord: B
Uitleg: De basisverzekering is wettelijk verplicht voor alle inwoners van Nederland en dekt de essentiële gezondheidszorgkosten.

2. Vraag: Wat is het eigen risico in een zorgverzekering?
A. Het maximale bedrag dat de verzekering vergoedt.
B. Het bedrag dat je zelf moet betalen voordat de verzekering kosten dekt.
C. De maandelijkse premie die je betaalt.
D. De bonus die je krijgt bij geen zorggebruik.
Antwoord: B
Uitleg: Het eigen risico is een vastgesteld bedrag dat verzekerden zelf betalen voor bepaalde zorgkosten, om de kosten te delen en zorggebruik te ontmoedigen.

3. Vraag: Welke zorg wordt altijd gedekt door de basisverzekering?
A. Tandartsbehandelingen voor volwassenen.
B. Huisartsbezoeken.
C. Alternatieve geneeswijzen.
D. Privé-kliniekbehandelingen.
Antwoord: B
Uitleg: Huisartsbezoeken vallen onder de basisverzekering, omdat dit essentieel is voor basisgezondheidszorg, terwijl andere opties vaak aanvullend verzekerd moeten worden.

4. Vraag: Wat gebeurt er als je geen zorgverzekering hebt in Nederland?
A. Je krijgt een boete van de belastingdienst.
B. Er zijn geen gevolgen.
C. Je kunt gratis zorg krijgen.
D. Je mag niet werken.
Antwoord: A
Uitleg: Zonder zorgverzekering riskeer je een boete via de zorgplicht, omdat de basisverzekering verplicht is om toegang tot zorg te garanderen.

5. Vraag: Hoe vaak kun je van zorgverzekeraar wisselen?
A. Elke maand.
B. Een keer per jaar, tijdens de overstapperiode.
C. Alleen bij verhuizing.
D. Nooit, eenmaal gekozen blijft het.
Antwoord: B
Uitleg: Je kunt jaarlijks wisselen tijdens de vaste overstapperiode in november en december, om concurrentie en betere voorwaarden te stimuleren.

6. Vraag: Wat is een aanvullende verzekering?
A. Een verzekering die de basisverzekering vervangt.
B. Een extra pakket voor diensten niet gedekt door de basisverzekering.
C. Een verzekering alleen voor kinderen.
D. Een verplichte verzekering voor iedereen.
Antwoord: B
Uitleg: Een aanvullende verzekering dekt extra zorg zoals fysiotherapie of brillen, die niet in de basisverzekering zijn opgenomen.

7. Vraag: Wat bepaalt de hoogte van je zorgpremie?
A. Alleen je leeftijd.
B. Je inkomen en de gekozen verzekeraar.
C. De premie is voor iedereen hetzelfde.
D. Alleen je woonplaats.
Antwoord: B
Uitleg: De premie hangt af van factoren zoals inkomen (via de inkomensafhankelijke bijdrage), de verzekeraar en eventuele kortingen, niet uitsluitend van leeftijd.

8. Vraag: Welke regel geldt voor kinderen onder de 18 jaar?
A. Ze moeten een eigen verzekering afsluiten.
B. Ze zijn automatisch meeverzekerd via de ouders.
C. Ze betalen een hogere premie.
D. Ze kunnen geen verzekering krijgen.
Antwoord: B
Uitleg: Kinderen tot 18 jaar zijn gratis meeverzekerd op de polis van hun ouders, wat deel uitmaakt van het Nederlandse systeem om kinderzorg te garanderen.

9. Vraag: Wat is een restitutiepolis?
A. Een polis die alleen in ziekenhuizen werkt.
B. Een polis waarbij je zelf een zorgaanbieder kiest en later vergoed krijgt.
C. Een polis met geen eigen risico.
D. Een polis alleen voor basiszorg.
Antwoord: B
Uitleg: Bij een restitutiepolis kun je vrij kiezen voor een zorgaanbieder en de kosten achteraf declareren, in tegenstelling tot een naturapolis.

10. Vraag: Wat is de acceptatieplicht voor zorgverzekeraars?
A. Verzekeraars mogen klanten weigeren op basis van gezondheid.
B. Verzekeraars moeten iedereen accepteren, ongeacht gezondheid.
C. Alleen gezonde mensen kunnen zich verzekeren.
D. Verzekeraars kiezen hun klanten.
Antwoord: B
Uitleg: De acceptatieplicht zorgt ervoor dat zorgverzekeraars iedereen moeten accepteren, om discriminatie te voorkomen en universele dekking te waarborgen.

11. Vraag: Hoe wordt de zorgpremie betaald?
A. Alleen via de werkgever.
B. Via een maandelijkse premie en inkomensafhankelijke bijdrage.
C. In één keer aan het einde van het jaar.
D. Alleen contant bij de verzekeraar.
Antwoord: B
Uitleg: De premie bestaat uit een nominale bijdrage (maandelijks) en een inkomensafhankelijke bijdrage via de belasting, om het systeem eerlijk te verdelen.

12. Vraag: Wat dekt de basisverzekering niet?
A. Ziekenhuisopname.
B. Tandarts voor kinderen.
C. Bril of contactlenzen voor volwassenen.
D. Medicijnen op recept.
Antwoord: C
Uitleg: Bril of contactlenzen voor volwassenen vallen vaak onder aanvullende verzekering, terwijl basiszorg zoals medicijnen en ziekenhuisopname wel gedekt zijn.

13. Vraag: Wat is een natura- of in natura polis?
A. Een polis waarbij je alleen naar gecontracteerde zorgaanbieders gaat.
B. Een polis met onbeperkte vergoeding.
C. Een polis zonder eigen risico.
D. Een polis alleen voor buitenlandse zorg.
Antwoord: A
Uitleg: Bij een natura-polis moet je zorg krijgen via met de verzekeraar gecontracteerde aanbieders voor volledige vergoeding, wat kosten beheersbaar houdt.

14. Vraag: Wat is het verschil tussen een collectieve en individuele verzekering?
A. Collectief is goedkoper via groepen, individueel is duurder.
B. Er is geen verschil.
C. Individueel dekt meer.
D. Collectief is verplicht.
Antwoord: A
Uitleg: Een collectieve verzekering via werkgevers of groepen biedt korting, terwijl een individuele polis geen groepskorting heeft, maar meer flexibiliteit.

15. Vraag: Wat moet je doen als je zorgkosten declareert?
A. Wacht tot het einde van het jaar.
B. Dien facturen in bij je verzekeraar binnen de gestelde termijn.
C. Betaal alles zelf en vraag nooit vergoeding.
D. Gebruik alleen contant geld.
Antwoord: B
Uitleg: Om kosten terug te krijgen, moet je facturen en bonnetjes indienen bij je verzekeraar, meestal binnen een bepaalde periode na de behandeling.